English instructions are in red, directly below the Dutch instructions. Turn automatic translation off to avoid confusion. I use US crochet terminology.
Voor de verjaardag van een vriendin wilde ik graag een kraagje haken. Ze houdt van vintage kleren zoals oversized truien, kant en leren tasjes. Toen ik zelf eens een gehaakt kraagje omhad vond ze die zó leuk, ik dacht meteen: die moet ik eens voor haar maken! Maar ik wilde niet precies dezelfde haken, en toen ik naar patronen zocht waren ze het allemaal nét niet. Toen ben ik maar zelf aan de slag gegaan! Ik ben erg blij met het resultaat, ik kan niet wachten het cadeau te doen.
Het patroon is heel simpel, je hoeft alleen maar te weten hoe je vasten en lossen haakt. Je hebt twee kleuren katoen nodig, een leuk knoopje, en natuurlijk een haaknaald, gewone naald en een schaar. Je kunt natuurlijk ook maar één kleur gebruiken, dat is helemaal aan jou. Ik gebruikte de normale maat haakkatoen, zoals Catania, en een haaknaald van 2,6 mm. Het is een ongewone maat, je kunt ook bijvoorbeeld 2,5mm of 3mm gebruiken.
I wanted to crochet a cute collar for a friend’s birthday. She’s all about vintage stuff; oversized sweaters, lace, leather purses.. She once saw a collar of mine and instantly loved it! So I think this one makes for a nice present 🙂 So excited to give it to her tomorrow!
This is a very simple pattern, perfect for beginners. You’ll only need to know how to make the chain stitch and single crochet. You’ll need cotton in two colours (or just one colour, whatever you prefer), a cute button, and of course a crochet hook, needle and scissors. My crochet hook is 2,6mm, but any size from 2,5 to 3mm will work.
Je begint met een ketting van 146+1 lossen. De eerste 8 daarvan zijn bestemd voor het lusje om het knoopje heen. Als jouw knoopje groter is kun je er hier wat toevoegen. De +1 losse is de keerlosse, dus in totaal haak je 147 lossen.
De tweede rij haak je alleen maar vasten, maar je laat de lossen voor het lusje vrij. Als je daarvoor 8 lossen hebt gehaakt, laat je dus 8 lossen over.
Nu begin je in boogjes te haken. Je haakt 5 lossen, en haakt deze met een vaste aan de 3e vaste van de vorige rij. Kijk op het onderstaande plaatje om er zeker van te zijn dat je in de goede vaste haakt.
First, chain 146+1 stitches. The first 8 of these stitches are meant for the loop around the button. If your button is wider, make a larger loop, but remember the number of stitches. The +1 chain stitch is the chain you use to turn your work. So in total you’ll chain 147.
Turn around and single crochet all of the stitches, until you reach the loop. Chain 1 and turn. Now you’ll start crocheting in tiny arches. To start, chain 5, skip 3 stitches and single crochet into the 4th single crochet of the previous row. Look at the chart to see if you’re doing it right.
A: Haak 5 lossen, sla 3 vasten over en haak een vaste in de volgende steek.
B: Haak 5 lossen, sla 2 vasten over en haak een vaste in de volgende steek.
Patroon A zorgt voor een rechte lijn, terwijl patroon B je haakwerk iets laat krommen. Dit is nodig in de nek om het kraagje de goede vorm te geven. Het patroon voor rij 3 is als volgt: 11x A, 7x B, 2x A, 7x B, 11x A. Je hebt in totaal 38 boogjes.
Rij 4: Haak 1 losse om te keren, haak 2 vasten in het eerste boogje, zodat je ongeveer in het midden van het boogje bent. Volg daarna dit patroon: *5 lossen, 1 vaste in het midden van het volgende boogje*. Herhaal dit tot het eind. Op het eind moet je nog een half boogje, dit doe je zo: 2 lossen, 1 stokje in de basis van het boogje van de vorige rij. Als deze stap niet duidelijk is, laat het me dan weten, dan maak ik hier nog een foto bij.
Rij 5: Deze keer hoef je geen vasten te haken, begin direct met de boogjes: *5 lossen, 1 vaste in het midden van het volgende boogje*. Op het eind haak je 2 lossen, en een stokje in de 1e vaste van Rij 4. Als je dit niet duidelijk ziet, haak hem dan zo dicht mogelijk langs de kant. Zolang de zijkant maar een nette rechte lijn is, is het goed.
Rij 6: Keer je werk om zonder een losse, en haak 2 vasten in het halve boogje. Begin dan met de boogjes, en haak op het eind weer een half boogje.
Je bent nu klaar met de auberginekleur, kant deze af. Pak een contrasterende kleur en hecht deze aan de andere punt van het kraagje aan. We doen dit aan de andere punt omdat je dan de goede kant naar voren hebt. Haak een losse, en haak dan de draad met 1 vaste aan het kraagje. Zie de onderstaande foto’s voor meer detail. Ik heb de draad aangehecht in de 1e vaste van rij 6. *Haak 5 lossen, 1 vaste in het volgende boogje*. Sluit in de laatste steek met een vaste of een halve vaste, wat je zelf mooier vindt. Kant de draad af en werk de eindjes weg.
We are crocheting two different kinds of arcs:
A: chain 5, skip 3 stitches and single crochet into the next stitch
B: chain 5, skip 2 stitches and single crochet into the next stitch.
You can see the only difference is the amount of stitches you skip. Arc B will make your crochet work curl a little, so we are using this to shape your collar. So, for the 3rd row, crochet: 11x A, 7x B, 2x A, 7x B, 11x A. In total, you’ll have 38 arcs.
Row 4: chain 1, turn, 2sc into the first arc so that you’re somewhat in the middle of the first arc. Then: *chain 5, sc into next arc*. At the end, you’ll have to make half an arc. To do this, chain 2, and dc into the base of the first arc of the previous row. If this step is not clear, let me know and I’ll add more pictures.
Row 5: *chain 5, sc into next arc*. At the end you’ll have to make half an arc again, so chain 2 and dc into the first sc of Row 4.
Row6: Turn your work without chaining 1, and sc 2 in the half arc. Then: *ch 5, sc into next arc*. Make half an arc at the end.
You’re done with this colour now, so cut the thread and weave in the ends. Take the other colour and attach it to the other side of the collar. Yes, the other side, so the right side is facing up. To attach the thread, chain 1, and single crochet in onto the collar. I attached the thread to the first single crochet of the previous row. See the pictures below for more details. *Chain 5, sc into next arc*. Close the last arc with a sc or slip stitch, whichever you prefer. Weave in the ends.
Naai nu met een restje aubergine katoen het knoopje aan het kraagje vast, en naai daarna het lusje aan de andere kant. En je bent al klaar! Draag het los bij een topje, of naai het er aan vast. Ik vind aubergine en lichtgrijs goed passen bij witte, blauwe en roze topjes, probeer gewoon wat combinaties totdat je een leuke vindt. Het kan soms best lastig zijn kraagjes te combineren, op Pinterest vind je veel inspiratie! Ik zou het leuk vinden om jullie kraagjes en kleurcombinaties te zien op de Ravelry pagina! Happy crafting 🙂
Sew the button onto the collar, and finish the loop on the other side. And that’s it, you’re done! I’ve always found it difficult to match collars to outfits, just try different combinations! I think plum and ivory work well with white, blue or pink, but that’s my opinion I guess. Browse Pinterest and be inspired! I’d love to see your collars and colour combinations on the Ravelry page! Happy crafting 🙂
*Deze patronen en de producten die je ermee maakt mogen zonder mijn toestemming niet worden gekopieerd of voor commerciële doeleinden worden gebruikt. * Dankjewel!
*Please don´t reproduce or sell these patterns or the end products without my consent*. Thank you!