Hieronder vind je de meestgebruikte haaktermen met hun eventuele afkortingen tussen haakjes, en hun vertaling in de Amerikaanse termen, wat handig is voor het lezen van Engelse patronen.
- opzetlus slipknot
- opzetring magic loop/ring
- losse (l.)/kettingsteek chain (ch)
- vaste (v.) single crochet (sc)
- halve vaste (hv.) slip stitch (sl.st.)
- stokje (st.) double crochet (dc)
- dubbel stokje (dst) treble crochet (trc/tr)
- driedubbel stokje (ddst) double treble crochet (dtr)
- half stokje (hst) half double crochet (hdc)
- twee vasten samen haken (2vsh) single crochet two stitches together (sc2tog)
- alleen door achterste lus crochet through back loop only (blo)
Natuurlijk zijn dit niet alle termen, de termen voor meerderen en minderen missen bijvoorbeeld, maar deze zal ik nog toevoegen.
Some of the crochet terms are missing, such as the increasing and decreasing terms, but I will add these later on.